Vanaf de vroege Middeleeuwen wordt gebrandschilderd glas voornamelijk toegepast in kerken en kathedralen. Bekende voorbeelden zijn de Kathedraal van Chartres en de Nederlandse
St Janskerk te Gouda.
Vooral nu wordt brandschilderen ook als vorm van glaskunst toegepast. Vooral in gekleurd glas veroorzaakt dit een levendig spel van licht.
Voor het beschilderen van glas is een speciale verf nodig.
Deze bestaat uit fijngemalen poederglas en metaaloxiden, vermengd met een bindmiddel. Bij verhitting in de glasoven versmelt de verf met het glasoppervlak.